De Generatie Z student, geboren tussen 1997 en 2012, staat bekend om zijn of haar technologische affiniteit, maar heeft ook unieke kenmerken die van invloed zijn op hun leerbehoeften. In het beroepsonderwijs zien we dat deze studenten, vaak rond de 18 jaar, zich in een cruciale overgangsfase bevinden, van middelbare school naar volwassenheid en zelfstandigheid. Dit heeft impact op hun motivatie en leerstijl. Als docenten is het van belang deze kenmerken te begrijpen en het onderwijs hierop af te stemmen om ze effectief te ondersteunen in hun leerproces.
1. Technologische voorkeuren
Generatie Z is opgegroeid met technologie en is gewend om alles snel en efficiënt te vinden. Dit betekent niet alleen dat ze veel tijd online doorbrengen, maar ook dat ze vaak gebruik maken van digitale middelen om hun leren te ondersteunen. Docenten moeten technologie actief inzetten in de klas, bijvoorbeeld door gebruik te maken van online platforms, interactieve tools en digitale leeromgevingen.
2. De drang naar zelfstandigheid
Studenten uit Generatie Z streven naar onafhankelijkheid. Ze verwachten meer controle over hun leerproces, wat vraagt om een verschuiving van docentgestuurd naar meer studentgestuurd leren. Docenten kunnen hierop inspelen door meer keuzevrijheid te bieden in opdrachten en projecten, en door studenten actief te betrekken bij het bepalen van hun leerdoelen en -paden.
3. Kortere aandachtsspanne
Door de constante digitale prikkels heeft Generatie Z vaak een kortere aandachtsspanne. Dit betekent dat docenten moeten zorgen voor afwisselend lesmateriaal, korte leermomenten, en dynamische lesmethoden. Het inzetten van gamificatie, korte video’s, en interactieve elementen kan de betrokkenheid vergroten.
4. Focus op sociale impact
Generatie Z heeft een sterke drang naar maatschappelijk verantwoord ondernemen. Ze willen niet alleen leren voor hun carrière, maar ook om bij te dragen aan een grotere maatschappelijke verandering. Docenten kunnen inspelen op deze behoefte door opdrachten en projecten te koppelen aan maatschappelijke thema’s en de relevantie van vakken te benadrukken in het kader van de wereld om hen heen.
5. Mentale gezondheid en welzijn
Studenten uit deze generatie hebben meer dan voorgaande generaties te maken met mentale gezondheidsuitdagingen. Als docenten moeten we niet alleen vakkennis overdragen, maar ook ondersteuning bieden op het gebied van welzijn. Dit kan door het creëren van een veilige en ondersteunende leeromgeving, waar studenten zich gehoord en begrepen voelen.
6. Flexibiliteit in het onderwijs
De Generatie Z-student waardeert flexibiliteit, zowel in de vorm van hoe en waar ze leren. Docenten kunnen hierop inspelen door blended learning toe te passen, waarbij studenten zowel op locatie als online kunnen leren. Dit biedt hen de ruimte om hun leren te organiseren op een manier die hen het beste uitkomt.
7. Waardering voor directe feedback
Studenten van Generatie Z willen snelle en directe feedback. Ze zijn gewend om in real-time resultaten te ontvangen, bijvoorbeeld door sociale media en digitale platforms. Docenten kunnen hierop inspelen door meer tussentijdse feedbackmomenten in te bouwen en studenten regelmatig te voorzien van concrete, opbouwende kritiek.
8. Verschil tussen Generatie Z en andere generaties
Een van de belangrijkste uitdagingen voor docenten in het beroepsonderwijs is het begrijpen van de verschillen tussen Generatie Z en voorgaande generaties. Waar oudere generaties vaak gedisciplineerd waren in hun studieaanpak, zijn de jongeren van vandaag meer geneigd om vanuit hun eigen interesses en in hun eigen tempo te leren. Dit kan voor docenten een uitdaging zijn, maar biedt ook kansen voor meer gepersonaliseerd onderwijs.
