Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Heldere evaluatie in de zorgopleiding: afstemming en transparantie

Een doordacht evaluatieproces zorgt voor duidelijkheid bij studenten in het beroepsonderwijs. Door gezamenlijk verwachtingen te formuleren, ontstaat er meer samenhang tussen les, stage en beoordeling.

In opleidingen binnen de sector zorg en welzijn is het belangrijk dat studenten goed weten wat er van hen verwacht wordt. Een team van docenten en praktijkbegeleiders besloot hun aanpak onder de loep te nemen. Wat begon met vragen over een evaluatieformulier, leidde tot een bredere reflectie op de inhoud en samenhang van het onderwijs.

 

Meer dan cijfers geven

Aanleiding was een eenvoudig vraagstuk: “Beoordelen we op de juiste manier?” Al snel bleek dat dit niet los te zien was van de lessen en de leerdoelen. Er werd nagedacht over de kern van het vak: wat moeten studenten leren, en op welk niveau? En hoe zorg je ervoor dat studenten begrijpen waar ze naartoe werken?

Tijdens stages in bijvoorbeeld woonzorgcentra en kinderdagverblijven worden studenten beoordeeld op uiteenlopende competenties: van communicatie tot veilig handelen. Vaak werd gewerkt met vier niveaus, gekoppeld aan een score op tien. Maar dat riep vragen op: wanneer is iets voldoende? Wat maakt een handeling “goed”? Door hierover in gesprek te gaan, ontstond er meer eenheid in interpretatie en beoordeling.

 

Concreet maken wat je verwacht

Per doelstelling werden omschrijvingen uitgewerkt die passen bij elk beoordelingsniveau. Een voorbeeld: bij sociale en communicatieve vaardigheden werd “voldoende” omschreven als: “De student legt beperkt contact en beperkt zich tot noodzakelijke instructies.” Bij “zeer goed” gaat het om spontaan contact en een prettig gesprek. Zo krijgen studenten zicht op wat er van hen verwacht wordt, en kunnen begeleiders hun oordeel beter onderbouwen.

Het formuleren van die omschrijvingen maakt het eenvoudiger om feedback te geven en om met elkaar in gesprek te gaan wanneer een beoordeling niet direct duidelijk is. Bovendien kunnen docenten zo beter uitleggen waarom een score wordt toegekend.

 

Geen verrassingen voor studenten

In deze aanpak staat transparantie centraal. Studenten worden al vóór hun stage op de hoogte gebracht van de criteria waarop ze beoordeeld zullen worden. In de lessen komen de leerdoelen expliciet aan bod, zowel in theorie als in praktijk. Aan het einde van de rit wordt studenten gevraagd om zichzelf te evalueren. De begeleider vergelijkt die inschatting met zijn eigen observaties en past aan waar nodig. Opvallend is dat studenten zichzelf vaker onderschatten dan overschatten.

Ook op de stageplek wordt ernaar gestreefd om met meerdere collega’s samen te evalueren. Al is dat door de werkdruk niet altijd haalbaar. Wanneer er toch twijfel is over een beoordeling, wordt de situatie besproken aan de hand van concrete voorbeelden. Daarbij wordt telkens weer dezelfde vraag gesteld: past deze beoordeling bij het totaalbeeld van deze student?

 

Twijfel bespreekbaar maken

Er zijn studenten die technisch goed presteren, maar sociaal minder sterk zijn. Of andersom: communicatief vaardig, maar minder gestructureerd in hun werk. Dat maakt het beoordelen soms lastig. In die gevallen helpt het om niet alleen naar aparte onderdelen te kijken, maar ook naar het geheel.

Een terugkerende toetssteen is dan: zou je deze student als collega willen? Die vraag dwingt tot een eerlijk antwoord en helpt om vanuit de praktijk te beoordelen. Het maakt duidelijk dat een gebrek in één aspect niet altijd gecompenseerd kan worden door kwaliteiten op een ander vlak. Want wie niet hygiënisch werkt of geen hulp vraagt, komt op termijn in de knel – ook als andere zaken wel goed gaan.

 

Samen leren kijken naar kwaliteit

Volgens experts op het gebied van didactiek en toetsing is het belangrijk dat teams samen reflecteren op hun beoordelingspraktijk. Niet alleen om eenduidiger te beoordelen, maar ook om studenten beter te begeleiden. Wanneer leerdoelen helder zijn en de verwachtingen duidelijk worden gecommuniceerd, weten studenten beter waar ze aan moeten werken.

Beoordelingsinstrumenten zoals rubrics kunnen daarbij ondersteunen, zolang ze als uitgangspunt dienen voor gesprek en niet als eindpunt van de beoordeling. De praktijkervaring leert dat er altijd situaties zijn waarin je moet durven uitzoomen en de student als geheel beschouwen.

 

Slotgedachte

Een eerlijk en doordacht evaluatieproces ontstaat niet vanzelf. Het vraagt samenwerking, overleg en de bereidheid om kritisch te kijken naar eigen gewoontes. Door verwachtingen expliciet te maken en gedeeld taalgebruik te ontwikkelen, groeit het vertrouwen – bij studenten én bij begeleiders. Dat maakt het onderwijs realistischer en meer afgestemd op de praktijk van de zorg.