Motivatie speelt een bepalende rol bij het leerproces. Of het nu gaat om studenten die vanzelf gemotiveerd zijn of om hen die je telkens weer moet aanmoedigen, het is aan de docent om een omgeving te creëren waarin studenten zich willen ontwikkelen. Dit artikel geeft inzichten en praktische handvatten om motivatie te versterken, zowel bij face-to-face lessen als in online omgevingen.
Twee vormen van motivatie
Intrinsiek en extrinsiek
Motivatie komt voort uit verschillende drijfveren. Bij intrinsieke motivatie komt de drang tot leren van binnenuit: een student leert bijvoorbeeld een taal omdat hij of zij graag vloeiend wil spreken. Dit soort motivatie hangt vaak samen met betere prestaties.
Daarentegen komt extrinsieke motivatie van buitenaf. Denk aan een student die leert om een beloning te krijgen of straf te vermijden. Beide vormen hebben hun plaats in het klaslokaal, en het is zinvol om inzicht te hebben in wat je studenten drijft.
Psychologische behoeften
Volgens de zelfdeterminatietheorie zijn er drie kernbehoeften die motivatie ondersteunen:
- Autonomie: studenten moeten enige zeggenschap hebben over hun leerproces.
- Competentie: het gevoel dat ze ergens beter in kunnen worden.
- Verbondenheid: het idee dat ze erbij horen en ertoe doen.
Een lesomgeving die hierop inspeelt, helpt studenten om betrokken te blijven bij hun leerproces.
Twaalf tips voor meer motivatie in de klas
1. Bouw aan relaties
Studenten hebben behoefte aan verbinding. Toon interesse in hun leven buiten school en leer hun voorkeuren en interesses kennen. Begin het jaar bijvoorbeeld met een vragenlijst waarin studenten iets over zichzelf kunnen vertellen.
2. Richt de klasruimte anders in
Zorg voor een leeromgeving waarin studenten zich prettig voelen. Flexibel meubilair zoals zitzakken, wiebelstoelen of sta-bureaus kunnen bijdragen aan meer comfort en betrokkenheid.
3. Betrek ouders
Samenwerking met ouders kan veel opleveren. Stuur bijvoorbeeld wekelijks een update of nodig ouders uit voor een open lesdag. Positieve communicatie bevordert een gevoel van samenwerking. Uiteraard afhankelijk van de leeftijd van de studenten.
4. Maak de lesstof relevant
Laat zien waarom de leerstof waardevol is. Sluit aan bij de belevingswereld van de studenten en leg verbanden met situaties die voor hen herkenbaar zijn.
5. Kies voor studentgericht onderwijs
Wanneer studenten actief deelnemen aan het leerproces, wordt hun betrokkenheid groter. Laat hen bijvoorbeeld zelf onderzoeksvragen formuleren of beslissen over de vorm van een presentatie.
6. Stimuleer samenwerking
Door in duo’s of kleine groepen te werken, leren studenten van en met elkaar. Dit bevordert niet alleen de inhoudelijke betrokkenheid, maar ook sociale vaardigheden.
7. Gebruik alternatieve antwoordvormen
Niet iedereen durft hardop te spreken in de klas. Denk aan tools zoals whiteboards, quiz-apps of digitale stemkastjes om iedereen de kans te geven te reageren.
8. Experimenteer met lesvormen
Varieer in je aanpak. Denk aan gastsprekers, rollenspellen of debatten. Verandering in werkvormen houdt de aandacht vast en maakt lessen levendiger.
9. Stimuleer het stellen van vragen
Studenten die vragen stellen, denken actief mee. Creëer een veilige sfeer waarin geen enkele vraag raar is. Gebruik hulpmiddelen zoals een KWL-schema of een vraagmuur (bijvoorbeeld met post-its op een ‘parking lot’).
10. Zorg voor zelfvertrouwen
Herinner studenten regelmatig aan hun sterke punten. Door hen te laten merken dat ze vooruitgang boeken, groeit hun vertrouwen en motivatie.
11. Beloon gericht gedrag
Hoewel interne motivatie het uitgangspunt is, kunnen kleine beloningen soms helpen. Denk aan extra vrije tijd, een compliment of een leuke klasactiviteit.
12. Online motivatie
Ook in digitale lessen blijft persoonlijk contact belangrijk. Laat studenten iets persoonlijks delen of werk aan groepsbinding via online samenwerkingsopdrachten. Tools zoals Kahoot! kunnen helpen om lessen interactiever te maken.
Afsluiting
Motiveren vraagt aandacht en afstemming op individuele behoeften. Niet alle studenten komen vanzelf in beweging. Door een omgeving te bieden waarin betrokkenheid, groei en samenwerking centraal staan, kun je als docent het verschil maken. Kleine aanpassingen in de klas kunnen leiden tot een groter gevoel van verantwoordelijkheid en betrokkenheid bij het leren.